Van wetenschappelijk onderzoek naar interactieve klankkasten
Het begon allemaal met een wetenschappelijk onderzoek naar het belang van eigen taal in de ouderenzorg door Hoogleraar Taal-cultuur in Limburg Leonie Cornips en cultureel antropologe Jolien Makkinga. Het groeide uit tot een belevingskunstwerk bestaande uit Klankkasten, dat inmiddels al in vijf verschillende varianten door Nederland en België gaat. Lubert vertelt over dit bijzondere project. En hij deelt zijn ervaringen met Fonds Sluyterman van Loo.
Hoe zet je een wetenschappelijk onderzoek om naar Klankkasten?
“Leonie en Jolien hebben voor het onderzoek echte verhalen opgehaald in een verpleeghuis. Dit zijn ervaringen van de ouderen: hoe het is om in een verpleeghuis te (gaan) wonen. Deze verhalen zijn door Jacqueline Kerkhof vertaald in een script. De verhalen in dit script worden verteld door een vrouwelijk personage dat verhuist naar een verpleeghuis.
Alle zintuigen prikkelen
In iedere provincie vertelt een ander ‘zus’ het verhaal. In Limburg is het Mia, in Brabant Miet, in Twente Marie, in Vlaanderen heet ze Mariette. Onze nieuwste zus is de Turkse Meral. Het script laten we inspreken door een echte bewoner. De opnamen worden uiteindelijk omgezet in ‘klankkasten’. Deze kasten vertellen het verhaal in audio, maar ook door middel van licht en bewegings-, geur- en geluidseffecten. Zo willen we alle zintuigen prikkelen.”
Het onderzoek was vooral gericht op het belang van eigen taal in de ouderenzorg. Hoe belangrijk is taal voor ouderen volgens jou?
“Zodra ouderen een zorgvraag krijgen en in een verpleeghuis terechtkomen, moeten ze veel uit handen geven. De aardappels hoef je niet meer te schillen, de afwas hoef je niet meer te doen. Je geeft bijna alle regie uit handen. Er is nog een ding van jou, dat is je thuistaal of moerstaal (moedertaal). Dit komt als een soort vanzelfsprekendheid weer naar boven. Zo wordt taal een houvast, troost en een anker.
Taal als troost
Tegelijkertijd is het ook een medicijn. Het is helend om gelijksprekenden tegen te komen. We zien dat het geluksgevoel onder ouderen dan gelijk omhoog gaat. Het maakt niet uit of je in een Brabants, Turks of Limburgs dialect bent opgevoed. Als je jouw thuistaal hoort, dan voel je je thuis. Ook al zit je in een voor jou totaal vreemde omgeving. Dit is uiteindelijk ook een van de belangrijkste conclusies uit het onderzoek. Met taal kunnen we het welzijn van ouderen echt verbeteren.”